Individuele oefening: Assertief gedrag in sociale situaties
- GJ de Heus
- 2 dagen geleden
- 3 minuten om te lezen
Bijgewerkt op: 1 dag geleden

Doel van de oefening
In deze oefening ga je onderzoeken hoe jij reageert in verschillende sociale situaties. Je leert het verschil herkennen tussen assertief, subassertief en agressief gedrag. Dit helpt je om bewuster te worden van je eigen gedragspatronen en hoe je effectiever kunt communiceren, zowel privé als in je (toekomstige) werk.
Wat gaan we doen?
Je begint met een korte uitleg over:
Assertief gedrag: opkomen voor jezelf, mét respect voor de ander.
Subassertief gedrag: jezelf wegcijferen of niet opkomen voor je eigen behoeften.
Agressief gedrag: opkomen voor jezelf, zonder rekening te houden met de ander.
Als professional wordt er een bepaalde houding van je verwacht. Maar die houding staat niet los van wie jij bent. Je neemt jezelf mee in je werk: je sterke kanten, maar ook je onzekerheden. Gedragspatronen die je in je leven hebt ontwikkeld, spelen hierin een grote rol. Vaak ben je je daar niet bewust van. Deze oefening helpt je om daar inzicht in te krijgen.
Opdracht
Beantwoord de volgende vragen voor jezelf. Beschrijf hoe jij meestal reageert in deze situaties:
Iemand neemt jouw plek in tijdens een groepsactiviteit zonder het te vragen.
Je wilt een film kijken, maar je huisgenoot wil iets anders kijken.
Je hebt een meningsverschil met een familielid over een belangrijke beslissing – hoe ga je daarmee om?
Je wilt een weekend weg, maar je ouders vinden het geen goed idee.
Een collega heeft jouw taak overgenomen zonder overleg.
Je vrienden willen spontaan op reis, maar jij voelt je daar niet comfortabel bij.
Tijdens een teamoverleg wordt jouw idee genegeerd.
Je begint aan een nieuwe stage – hoe stel je jezelf voor en hoe voel je je?
Je leidinggevende geeft je feedback op je houding – hoe reageer je?
Je presenteert iets op werk of school en mensen zijn met hun telefoon bezig.
Tijdens een lezing begint iemand naast je een gesprek – wat doe je?
Je krijgt een taak die je saai vindt en liever niet doet.
Je krijgt een project dat perfect aansluit bij jouw interesses – hoe pak je het aan?
Geef bij elke situatie aan of jouw reactie Assertief, Subassertief of Agressief is. Samen met je begeleider bespreek je jouw antwoorden. Je kijkt naar:
Wat het effect is van jouw gedrag op de ander.
Hoe je subassertieve of agressieve reacties kunt ombuigen naar assertieve reacties.
Optioneel: Je kunt enkele situaties naspelen om te ervaren hoe verschillende reacties aanvoelen en wat ze oproepen.
Tijdsinvestering
Inleiding: 5 minuten
Oefening invullen: 5 minuten
Nabespreking: 5 minuten
Totaal: 15 minuten
Resultaat
Na afloop kun je jouw gedrag in sociale situaties beter herkennen en benoemen. Je weet wat assertief gedrag inhoudt en hoe je dit kunt toepassen in je dagelijks leven en werk.
Theoretisch kader: Assertiviteit en Autisme
Wat is assertiviteit?
Assertiviteit is het vermogen om op een respectvolle en duidelijke manier op te komen voor jezelf, je grenzen aan te geven, je wensen te uiten en nee te zeggen wanneer nodig. Assertief gedrag ligt tussen subassertief (passief) en agressief (dominant) gedrag in:
Gedragsstijl | Kenmerken |
Subassertief | Eigen belangen ondersneeuwen, moeilijk "nee" zeggen, conflicten vermijden |
Assertief | Opkomen voor eigen belangen met respect voor anderen |
Agressief | Eigen belangen doordrukken ten koste van anderen |
Assertiviteit in relatie tot autisme
Mensen met autisme ervaren vaak communicatie en sociale situaties anders dan neurotypische mensen. Dit heeft invloed op hoe assertiviteit zich uit:
Prikkelgevoeligheid: Autistische personen kunnen sneller overprikkeld raken, waardoor assertief reageren in een stressvolle situatie moeilijker wordt.
Letterlijk taalbegrip: In sociale interacties worden nuances en impliciete regels vaak letterlijk genomen, wat kan leiden tot subassertieve of juist als agressief ervaren reacties.
Problemen met sociale hiërarchie en context: Het inschatten van wie wanneer iets mag zeggen, of hoe je een mening assertief brengt, vereist sociale intuïtie die niet vanzelfsprekend is voor mensen met autisme.
Emotieregulatie en zelfvertrouwen: Moeite met het uiten van gevoelens of het herkennen van die van anderen maakt het lastiger om assertief grenzen te stellen of feedback te geven/ontvangen.
In begeleiding of training is het daarom belangrijk om assertiviteit niet alleen als gedrag maar ook als een vaardigheid te zien die contextafhankelijk en aanleerbaar is.
Waarom deze oefening relevant is
De oefening vraagt om bewustwording van jouw reacties in alledaagse sociale situaties. Voor mensen met autisme helpt het:
📘 Structuur en reflectie te bieden: situaties analyseren in een veilige context helpt bij het oefenen van nieuwe gedragsvormen.
🪞Inzicht te geven in automatische patronen: zoals conflict vermijden (subassertief) of te direct zijn (agressief).
🧩 Alternatieven te verkennen: assertief gedrag oefenen in een voorspelbare omgeving versterkt autonomie en communicatievaardigheden.
Assertiviteit is niet het onderdrukken van je natuurlijke reactie, maar leren welke gedragingen in welke context effectief zijn én hoe je je eigen grenzen en behoeften leert uiten op een manier die voor jezelf én voor anderen werkbaar is.
Comentarios