Sociaal verhaal 3: Fouten maken

Er was een jongen met autisme genaamd Tom. Tom was heel perfectionistisch en was altijd bang om fouten te maken. Hij wilde altijd alles perfect doen en was bang om te falen.

Op een dag besloot Tom om met zijn vrienden te gaan voetballen in het park. Tom hield erg van voetbal, maar hij was bang om fouten te maken tijdens het spelen. Hij was zo bang om te falen, dat hij nauwelijks durfde mee te doen.

Zijn vrienden merkten dat er iets niet in orde was en vroegen of hij ok was. Tom legde uit dat hij bang was om fouten te maken tijdens het voetballen. Zijn vrienden vertelden hem dat iedereen fouten maakt en dat het volkomen normaal is. Ze legden hem uit dat fouten maken juist helpt om te leren en om te groeien.

Tom begon zich te ontspannen en besloot om mee te doen met het voetballen. Hij maakte inderdaad een aantal fouten, maar zijn vrienden bleven hem aanmoedigen. Door de fouten te maken en te leren van deze ervaringen, begon hij te verbeteren en zich beter te voelen over zijn vaardigheden.

Op school de volgende dag, had Tom een toets. Hij was zo gewend geraakt aan het idee dat fouten maken niet erg is en dat het helpt om te leren, dat hij zich ontspande en zijn beste prestatie gaf. En hij haalde een beter resultaat dan hij verwacht had.

Dit verhaal illustreert hoe belangrijk het is voor iemand met autisme om te begrijpen dat het maken van fouten een normaal onderdeel van het leven is en dat het helpt om te leren en te groeien. Ook het hebben van een positieve houding en het accepteren van fouten van anderen, helpt om het minder eng te maken en zich minder druk te voelen.